
Kunstwaardering
In deze sobere compositie spreidt een figuur, die de zwaartekracht lijkt te tarten, zijn armen uit over een dichte massa mensen. De scène ontvouwt zich met theatrale intensiteit, als een koorddanser aan de rand van de afgrond, op de rand van... wat? Het bekwame gebruik van licht en schaduw door de kunstenaar versterkt het drama en creëert een gevoel van voorgevoel; het onderwerp zweeft in de lucht, met op de achtergrond een gebouw dat een gevangenis lijkt te zijn.
De menigte beneden is een kokende massa gezichten, elk een kleine spiegel die de algehele onrust weerspiegelt. Dit werk resoneert met een rauwe, bijna gewelddadige energie, een getuigenis van het vermogen van de kunstenaar om de menselijke conditie in turbulente tijden vast te leggen. De fijne lijnen die de figuren creëren, tonen de etstechniek en de tonale variaties voegen diepte toe.
Het werk lijkt een commentaar te zijn op de instabiliteit. De spanning is voelbaar, een visuele echo van de politieke en sociale angsten van die tijd.